Het was vijf uur in de ochtend, toen er hard op mijn deur werd gebonkt. “De overstroming komt eraan!”, riep iemand. Overal om me heen zag ik mensen hun waardevolle spullen inpakken. Op de daken van huizen verzamelden mijn buren zich om te vluchten voor het water. Ze zouden het overleven, maar er wel ziek van worden en er hun inkomsten door verliezen. Dat wisten ze op dat moment al; het overkwam ze iedere overstroming weer. En toch hielden ze zich niet zo bezig met overstromingen, viel me op in mijn onderzoek in deze sloppenwijk, zélfs niet met hun rol daarin. Ze hadden wel iets anders aan hun hoofd.

Het was het jaar 2010. Ik begon mijn promotietraject in Indonesië met een onderzoeksvraag waarvan ik al snel inzag dat die ongelooflijk naïef was. Waarom bleven zoveel mensen wonen in een vervallen, vervuilde wijk met zo’n grote kans op overstromingen? De rivier, waarlangs mensen met gevonden hout en andere materialen hun huisjes hadden gebouwd, overstroomde steeds vaker. Door de toenemende regen en klimaatveranderingen, maar vooral door de steeds verder uitdijende, gefabriceerde wijken op de rivieroevers. 

Het water had geen ruimte meer om door te stromen, en dat iedereen om mij heen zijn afval in de rivier dumpte hielp daar niet aan mee. Over dat laatste werd veel geklaagd door lokale politici, die de sloppenwijkbewoners ‘vervuilers’ noemden, of ‘asociaal’. Internationale goededoelenorganisaties namen die manier van denken over, viel mij op: in de programma’s die ze van ontwikkelingsgeld wilden opzetten, beloofden ze deze rivieroever-bewoners ‘onderwijs te geven over wat klimaat-en milieuvriendelijk gedrag is’. 

Waarom blijf je wonen in een risicovolle omgeving waar de gevaren alleen maar toenemen, vroeg ik mezelf af? Het antwoord van de wijkbewoners was simpel: omdat andere woongebieden nog veel gevaarlijker zijn. Ze doelden niet zozeer op fysieke, maar op financiële risico’s. Zeker, overstromingen maakten hun spullen kapot en brachten longziekten en nare huidaandoeningen met zich mee. Maar déze wijk was gelegen aan een grote markt, waar de bewoners hun handgemaakte spullen verkochten. Andere betaalbare wijken hadden dat voordeel niet, en zonder inkomen, geen eten voor deze gezinnen. “Liever ziek maar op de vlucht, dan een vaste basis hebben en daar doodgaan van de honger”, vatte een buurman het probleem samen. Wie in de moderne tijd arm is, is op vele wijzen kwetsbaar: financieel kwetsbaar voor een dure school- of ziekenhuisrekening, maar ook letterlijk kwetsbaar voor natuurrampen, die door klimaatveranderingen steeds vaker voorkomen.

“Wie in de moderne tijd arm is, is op vele wijzen kwetsbaar: financieel, maar ook letterlijk kwetsbaar voor natuurrampen.”

Roanne van Voorst

Antropoloog

Naar de maan

Het crue is dat juist deze kwetsbaarste mensen relatief weinig bijdragen aan klimaatveranderingen of vervuiling. En dit is meestal niet zo vanwege een gebrek aan begrip of kennis, zoals de politici en NGO’s uit mijn onderzoek aannamen. Het is eenvoudigweg omdat ze andere, urgentere problemen hebben. Mensen maken daar binnen rationele keuzen, zoeken naar de minst slechte uitkomst. Zo was het in de sloppenwijk die ik bestudeerde de gewoonte om huisvuil in de rivier te dumpen. Er bestond geen afvalophaalsysteem in dit armoedige deel van de stad; vuilniswagens pasten niet door de nauwe steegjes, en als je het vuil op straat liet liggen kwamen de ratten eropaf. Daar kwam nog bij dat de rivier het meest vervuild werd door enorme fabrieken, stroomopwaarts, die hun chemische afval in de rivier dumpten waar deze mensen zich in wasten. De rivier werd ook vervuild door de bouwbedrijven die waren aangesteld door internationale projectontwikkelaars. Het project: villa’s met uitzicht op het water. Daar in Indonesië zag ik met eigen ogen dat de grootvervuilers, vaak de rijksten en machtigsten zijn.

Diezelfde mensen vliegen straks met Elon Musk naar de maan als de aarde onleefbaar is. De hogere middenklasse verhuist dan naar beschermde gated communities en de armsten blijven zitten waar ze zitten. Ze kunnen niet anders, leerde ik ruim 12 jaar geleden van lokale rivieroeverbewoners.  Deze overlevers balanceren elke dag vele risico’s tegelijk - de uitkomst is nooit ideaal, of veilig; hoogstens een klein beetje beter dan anders. 

Het mag duidelijk zijn dat kwetsbare groepen als de Indonesische rivieroeverbewoners steun verdienen van aardbewoners met een veel grotere ecologische voetafdruk. Mensen zoals jij en ik. Die steun zou dezelfde bescherming moeten bieden als de bescherming die we onszelf gunnen.