Een eigen tuin is voor natuurliefhebbers natuurlijk ideaal, maar in de grote stad heb je het soms niet voor het kiezen. Toch hoef je niet op een saai grijs balkon uit te kijken. Met deze tips maak je van jouw kleine balkon een groene oase vol zoemende en rondvliegende insecten.
Ze heeft een balkon in L-vorm van acht vierkante meter. Niet iets waar je veel mee kunt, denk je misschien. Maar overal waar je kijkt zie je bij Carlijn Krielaars bloemen en planten. Grijs beton zie je nauwelijks, er is nog één klein plekje over voor haar stoel. Verder staat het vol met potten en heeft ze op een stukje plat dak een wilde bloemenweide gecreëerd.
“Droogte en schaduw zijn de uitdagingen bij balkons”, aldus Carlijn, die onder de naam De Groene Buurvrouw in juni een boek uitbracht over vergroenen in de stad. Via het Instagramaccount @degroenebuurvouw geeft ze tips over tuinieren in kleine tuintjes en op balkons.
Bloembollen zijn het geheim
“Experimenteer en durf”, luidt één van haar tips. “Het hele jaar door kun je genieten van bloemen en planten op je balkon. Bloembollen zijn daarbij het geheim. Je hebt mooie soorten die in het voorjaar bloeien. De dwergiris zelfs vanaf februari al, net als sneeuwklokjes.”
Niet voor niets is Carlijn een bollenfan. De bloembollen bloeien op het moment dat de vaste planten nog in rust zijn, vaak onder de grond. “De bloeiende bolletjes kunnen op hun beurt weer rustig afsterven omdat tegen die tijd de vaste planten opkomen en de aandacht van de kijker opeisen. Als je het leuk vindt en slim inpast kun je zo in het voorjaar een compleet ander kleurschema op je balkon hebben dan in de zomer”.
“Het hele jaar door kun je genieten van bloemen en planten op je balkon. Bloembollen zijn daarbij het geheim.”
De Groene Buurvrouw
Laat je planten in hoogte verspringen
Op haar eigen balkon verspringen de planten in hoogte. “Dat kun je doen door bijvoorbeeld krukjes of kistjes te gebruiken. Maar je kunt ook plantsoorten kiezen die de hoogte in gaan. Denk bijvoorbeeld aan vingerhoedskruid, koningskaars of stokroos. Dat zijn ook nog eens inheemse planten die het in ons land goed doen. Met smalle hoge planten bespaar je ook nog eens ruimte op een klein balkon en dan kun je in de breedte meer planten of bloemen kwijt.”
Stokrozen kun je ook prima kwijt op je balkon
Bepaal de ligging van je balkon
Het balkon van Carlijn bevindt zich op de tweede verdieping. Ze heeft half schaduw en half zon en geen balkon boven haar. “Maar ook als je wel een balkon boven je hebt, kun je goed balkonieren. Dan moet je wel vaker water geven. Als het op hoogte waait kun je de balustrade deels dichtmaken. Dan maak je de wind zachter en ontstaat al een ander klimaat.”
Ook mensen die een balkon hebben met alleen schaduw hoeven niet te wanhopen. “Ik ben dol op schaduwtuinieren. Schaduwplanten zijn heel sprookjesachtig en teer. Het hoeft zeker geen beperking te zijn. Er zijn genoeg planten die in de schaduw groeien en die ook mooie bloemen hebben. Denk bijvoorbeeld aan monnikskap, salomonszegel, schildersverdriet of een hortensia."
Wie wil gaan balkonieren moet eerst bepalen welke ligging het balkon heeft en hoeveel licht er is. Op basis van de ligging kun je op internet lijstjes vinden met planten die voor jouw balkon geschikt zijn.
Gebruik je snoeiafval als compost
Het balkon van Carlijn ligt midden in de stad, compleet ingebouwd. Toch krioelt het er van de bodembeestjes en zoemen de insecten. “Er komen nog steeds nieuwe insecten bij. Als ik planten snoei gooi ik het snoeiafval ook niet weg. Ik versnipper het met een snoeischaar en dek er de aarde van de plantenpotten mee af. Zo bescherm je de aarde en langzaam wordt het compost.”
Ze laat als ze uitgebloeid zijn ook alle stengels en pluimen van de vaste planten bewust staan. De zaaddozen zijn namelijk voor insecten erg belangrijk. Die overwinteren vaak in holle stengels en zaaddoosjes.
Wie een tuin heeft, heeft normaliter vaak één soort grond, bijvoorbeeld met veel kalk of juist hele zure grond met weinig kalk. Daar moet je de keuze van bloemen en planten op aanpassen. Bij balkonieren kun je iedere pot met andere grond vullen en zo dus combinaties maken van zuurminnende planten en planten die van kalkrijke grond houden. “Laat je fantasie de vrije loop,” adviseert de creatieve tuinierster.
Carlijn verzorgt haar planten. Foto: Sietske de Vries
Verdiep je in inheemse planten
Zuurminnende planten, planten die van schaduw houden. Het klinkt als een hele studie. Toch is het niet zo moeilijk, volgens Carlijn. “Maak het jezelf makkelijk. Verdiep je een beetje in de inheemse planten die in ons land groeien. Die kunnen tegen droogte en doen het goed in een voedselarme grond. Je hebt dan verder weinig plantenkennis nodig. Ik ben zelf ook een groot fan van de vaste planten die in het najaar boven de grond afsterven en in het voorjaar vanzelf weer opkomen. Je hebt daar weinig werk aan. En als een plantje het een keer niet doet, dan is dat geen ramp. Je hebt het zo hersteld door wat nieuws in te zaaien of een nieuw plantje te planten.”
Gebruik bij je onderhoud geen gif, benadrukt Carlijn. “Het gaat al niet goed met onze insecten. Koop planten die onbespoten zijn. En spuit zelf ook geen troep. We willen als iets even mis gaat heel snel ingrijpen, maar meestal lost de natuur het vanzelf op en is gif niet nodig.”
Kies voor een blikvanger
Op het balkon van Carlijn valt één hele grote plant op, een Colocasia Black Stem oftewel een olifantsoor. Die neemt een flink stuk balkon in. “Een blikvanger. Soms heeft zo’n pot verder niets nodig, maar je kunt ook slim combineren door er planten omheen te zetten en zo als het ware een ‘proppot’ te maken.”
Weet je niet welke planten te kiezen? Varieer dan per seizoen. Ga bijvoorbeeld voor een kleurenfestijn in het voorjaar met de paarse krokus, gele narcis, blauwe druifjes en oranje tulpen, adviseert Carlijn in haar boek. “Wanneer het zomer wordt zou je een meer ingetogen kleurschema kunnen plannen met je vaste planten. Ga voor zachte pastellen of misschien wel alles in één tint. Wat je ook leuk vindt, je kunt op deze manier dus makkelijk twee totaal verschillende tuintjes hebben in een jaar. En laat ook eens onkruid staan. Dat zorgt soms voor prachtige bloemen."
“Laat onkruid ook eens staan. Dat zorgt soms voor prachtige kleuren.”
De Groene Buurvrouw
Geef je muur een mooie kleur
Wie de muur mag verven kan kiezen voor extra sfeer. Met een gele muur lijkt het alsof de zon altijd schijnt. Met een donkere kleur muur komt het groen van de bladeren extra naar voren. De muren op het balkon van Carlijn hebben twee zachte tinten groen, zodat het groen van de planten naadloos overgaat in het groen van de muren.”
Wie mag boren in de muur of in het plafond, heeft nog meer opties. Dan kun je hangplanten ophangen of planken maken met plantjes en mooie accessoires. Een andere keuze voor de muren zijn klimplanten. “Laat klimplanten je muur helemaal bedekken als je durft. Span draden over je muur en leid een mooie slingerplant in pot precies de kant op die jij wilt. Om je raamkozijn heen bijvoorbeeld.”
Als je niet mag boren kun je zelf een constructie bouwen zodat planten kunnen gaan klimmen. “Vergeet de randen van de balustrade niet. Die zijn vaak uitermate geschikt om planten langs te laten slingeren.”