Is het uitsterven van diersoorten echt zo belangrijk?
Je denkt misschien: “wat maakt het nou uit dat er één spinnensoort minder is op de wereld”. Toegegeven, de natuur zal niet omvallen door het uitsterven van dit zeldzame spinnenexemplaar, maar elke soort speelt een rol in het grotere geheel.
In de natuur gaat het om eten en gegeten worden. De ene soort eet de andere soort en die wordt weer opgepeuzeld door een derde. Dit vormt een natuurlijk evenwicht. Wanneer één van de soorten wegvalt, stort het hele systeem in elkaar.
Een voorbeeld hiervan zijn de zeeotters in kelpbossen langs de kust van Californië. Otters voeden zich met zee-egels, die zich op hún beurt weer voeden met kelp. Als zeeotters uitsterven, kunnen zee-egels zich ongestoord vermenigvuldigen en grote delen van het kelpbos opeten. Uiteindelijk vernietigen ze het hele leefgebied, wat leidt tot de dood van alle andere dieren die daar leven.
Kirsten Schuijt, directeur van WNF Nederland, vergelijkt het belang van biodiversiteit met een Jenga-spel: “Als je er telkens één blokje uittrekt, kan de toren lang blijven staan. Maar één blokje te veel en het bouwwerk stort in. Zo halen we nu ook voortdurend blokjes uit de natuur. Hoeveel soorten kunnen nog verzwakken, zonder dat het systeem bezwijkt?”.