Honden hebben een belangrijke sociale functie en we kunnen eigenlijk niet zonder ze. Maar het zijn ook kleine, kwispelende poepfabrieken die een hoop grondstoffen verbruiken én emissies uitstoten. Wat is eigenlijk de milieu-impact van onze huishonden, en welke diervriendelijke manieren zijn er om die ecologische pootafdruk te verkleinen?
Wat is een ecologische voetafdruk?
De ecologische voetafdruk is een combinatie van hoeveel grond- en wateroppervlak er nodig is om het consumptieniveau in stand te houden, en tegelijkertijd om de emissies (CO2, afval) weer te kunnen opnemen. De gemiddelde ecologische voetafdruk van een Nederlander is 5,28 hectares. Dat zijn ruim 7 voetbalvelden. The Global Footprint Network heeft uitgerekend dat als de hele wereldbevolking zo zou leven als de gemiddelde Nederlander, we 3,6 aardbollen nodig zouden hebben.
We willen het natuurlijk liever niet horen, maar ook onze huisdieren hebben een ecologische voetafdruk. Voor een hond betekent dat dus: hoeveel land en water is er nodig om het voer te produceren, maar ook hoeveel broeikasgassen en afval komen er vrij bij het verzorgen van een hond?
Ook onze favoriete viervoeters hebben een impact op de aarde
De ecologische pootafdruk van een hond
In 2019 is er een vergelijkende studie gedaan naar de ecologische pootafdruk van honden in Japan, China en Nederland. Hierbij is gekeken naar de ecologische impact van het voer, de belangrijkste 'boosdoener' als het gaat om milieu-impact. De onderzoekers zijn uitgegaan van een gemiddeld commercieel droogvoer waarin kippenvlees en granen in zijn verwerkt.
De onderzoekers berekenden dat de ecologische pootafdruk van een gemiddelde hond varieert tussen de 0,9 en 3,66 hectare. Dat is gemiddeld 2,28 hectare, oftewel ruim 3 voetbalvelden per hond. We hadden altijd al veel honden in Nederland, maar in de coronatijd is dat doorgegroeid tot 1,9 miljoen honden. Bij elkaar hebben al die honden een ecologische pootafdruk van meer dan 4 miljoen hectare. Dat is ongeveer hetzelfde als ruim 820 duizend Nederlandse volwassenen zouden hebben.
Voor de ecologische pootafdruk van je hond maakt het veel uit wat je de hond te eten geeft.
Geen slachtafval
Dat die impact behoorlijk is, ziet ook Theun Vellinga, onderzoeker bij de Wageningen Universiteit. Hij houdt zich onder andere bezig met de impact van veevoer, stikstof en de landbouwkringloop, maar heeft ook onderzoek gedaan naar de impact van huisdierenvoer. "In commercieel hondenvoer zitten steeds hogere vleespercentages,” zegt Vellinga. “Veelal is dat wat wij slachtafval noemen, zoals orgaanvlees. Maar regelmatig zit er ook gewoon vlees in wat ook prima voor mensen geschikt is."
Vellinga zegt verder dat hondenbezitters steeds meer eisen stellen aan het voer, terwijl dat lang niet altijd nodig is: "Veel producenten en consumenten zijn bang dat een dier een tekort aan eiwitten krijgt als je het vleesgehalte verlaagt. Maar de meeste huisdieren hebben dat helemaal niet nodig, ze hoeven weinig te presteren. Veel huisdieren leiden een vrij inactief leven dus ligt de eiwitbehoefte ook relatief laag. Bovendien zijn veel huisdieren in Nederland te dik, dus het kan best wat minder."
Hoewel in hondenvoer vaak restproducten uit de vleesindustrie zitten, is dat niet altijd per se duurzaam, vindt Vellinga. "Het is vlees dat mensen wel kúnnen, maar niet wíllen eten. Wij eten bijvoorbeeld alleen de kipfilet, de poten gaan goedkoop naar Afrika. Varkensoren zijn in China een delicatesse, wij geven ze aan de hond. We moeten beseffen dat commercieel hondenvoer een luxegoed is, het legt een beslag op schaarse landbouwgrond."
Stikstof in hondenpoep
In het vergelijkend onderzoek uit 2019 werd eigenlijk alleen gekeken naar de impact van het hondenvoer op de ecologische pootafdruk. Maar er zijn ook andere factoren van onze viervoeters die bijdragen aan de milieulast. Al in 1993 waarschuwde een rapport van de WUR voor de schadelijke invloed van hondenpoep- en plas op de natuur. Want net als bij de mest die bij de veehouderij vrijkomt, zorgt ook hondenpoep ook dat er extra stikstof op de natuur neerslaat en fosfaat in de bodem terechtkomt, en dat is slecht voor gevoelige plantensoorten. In een recent onderzoek uit België werd nog eens bewezen: hondenpoep is écht slecht voor de biodiversiteit.
Om de stikstoflast te beperken kun je het beste de hondendrollen opruimen.
Ook Theun Vellinga waarschuwt voor de impact van hondenuitwerpselen: "Langs de paden in natuurgebieden krijg je een enorme belasting van mest, waardoor de grond wordt verrijkt met voedingsstoffen. Sommige gebieden zoals heides moeten juist voedselarm blijven. Door de hondenpoep komt er extra stikstof, fosfaat en kalium in de bodem terecht, waardoor planten zoals grassen gaan woekeren en andere vegetatie wegdrukken. Niet alleen in de poep maar vooral in urine zit veel stikstof, zeker als honden te veel dierlijke eiwit eten."
Met het uitlaten van de hond spelen er nog meer factoren mee die de milieulast vergroten. Je rijdt naar het natuurgebied of het strand met de auto, honden die vrijlopen kunnen de natuur verstoren en wild opjagen, of zelfs doden. Sinds de coronapandemie is het blijvend drukker geworden in natuurgebieden. Al die extra mensen en honden zorgen voor extra schade aan de natuur. Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten waarschuwen daarom voor te veel drukte in kwetsbare natuurgebieden, zeker nu het broedseizoen in volle gang is.
De ecologische pootafdruk verkleinen
We kunnen natuurlijk niet zonder het gezelschap van onze honden. Maar hoe kun je nou die ecologische pootafdruk verkleinen? De grootste stappen kun je maken met het voer. Dierlijke eiwitten nemen veel meer land in beslag omdat voor vlees heel veel veevoer moet worden verbouwd. Om 1 kilo kip te produceren is 3 kilo veevoer nodig. Voor 1 kilo rundvlees is zelfs 25 kilo veevoer nodig. Daar gaan dus veel grondstoffen ‘verloren’. Kijk je puur naar de milieu-impact en niet naar dierenwelzijn, dan kun je al een flinke stap maken door te kiezen wélke dierlijke eiwitten je gebruikt. Een hondenbrok op basis van kip of vis heeft een kleinere voetafdruk dan rundvlees. Ook hebben steeds meer hondenvoermerken een EKO- of MSC-keurmerk keurmerk waarmee je ook een duurzamere keuze maakt.
Wil je echt een grote stap maken dan kun je ook kiezen voor plantaardig hondenvoer. Rick Scholtes is Milieukundige en hondengedragstherapeut. Hij verdiept zich al jaren in vegan voeding voor honden en hij schreef samen met Lisette Kreischer het boek Dog.Eat.Plant. Daarin wordt wetenschappelijke onderbouwd hoe je een hond kunt overschakelen op plantaardige voeding. Scholtes: "Veel mensen denken dat een hond een wolf is die veel vlees moet eten. Maar het menu van honden is veel gevarieerder. Het lijkt eigenlijk ontzettend veel op dat van de mens. Wij kijken allereerst naar welke voedingsstoffen een hond nodig heeft, en kiezen daar plantaardige ingrediënten bij. Bij honden is dat helemaal niet zo ingewikkeld, ze kunnen prima gezond en lang leven op een plantaardig dieet."
Een kleine hond van 15 kilo eet al gauw net zoveel vlees als een mens dagelijks zou eten.
Te hoge vleespercentages
Volgens Rick onderschatten veel mensen hoeveel vlees een hond normaal gesproken eigenlijk binnenkrijgt. "Een kleine hond van 15 kilo eet al gauw net zo veel vlees als een volwassen mens. Met 1,9 miljoen honden in Nederland kan dat niet alleen van 'slachtafval' gebeuren. Het is vaak goed vlees die de vraag naar dierlijke eiwitten alleen maar opdrijft." Honden eten ook meer vlees dan vroeger, ziet Rick: "Tot 1950 bestond er helemaal geen speciaal hondenvoer, de hond at met de pot mee. In de loop der jaren zijn producenten steeds hogere percentages vlees toe gaan voegen aan de brokken, terwijl dat de hond dat helemaal niet nodig heeft."
Volgens Rick denken veel mensen ten onrechte dat een vleesrijk dieet het meest 'natuurlijk' is: "Aan de industrie die schuilt áchter de vleesvoeding, daar is niks natuurlijks aan. Ook met een hond aan een riem wandelen of naar de dierenarts gaan is niet natuurlijk. Ik snap wel dat hondenbezitters het beste willen voor hun huisdier. Maar met de juiste samenstelling is plantaardig voeren juist heel gezond." Rick neemt als voorbeeld de beroemde veganistische Border Collie Bramble, die 25 jaar is geworden.
Milieubewust wandelen
Behalve milieubewust voeren zijn er nog andere manieren om de ecologische pootafdruk van je hond te verkleinen. Bijvoorbeeld door milieubewust te wandelen. Ruim de hondenpoep in elk geval altijd op om de stikstof- en fosfaatbelasting te beperken – ook in het bos of op de heide. In plaats van plastic kun je biologisch afbreekbare poepzakjes gebruiken. En plaats van met de auto naar een uitlaatgebied te rijden kun je natuurlijk ook lekker met de (bak)fiets.
Houd in natuurgebieden je hond aan de lijn waar dat moet
Om kwetsbare natuur te ontlasten kies je het beste voor speciale uitlaatgebieden waar je hond meer dan welkom is. Dat is bovendien gezellig om ook andere honden(baasjes) te ontmoeten. Houd je ook aan de plaatselijke regels voor honden, en laat je hond aan de lijn waar dat verplicht is. Wil je de hond toch bewegingsruimte gunnen, gebruik dan een lange lijn of flexlijn.
Tot slot nog een paar kleine tips om nog meer groene keuzes te maken:
- In veel vlooien- en tekenbestrijdingsmiddelen zitten insecticiden die, uiteraard, slecht zijn voor insecten en het milieu. Probeer het gebruik ervan te beperken en alleen als het echt nodig is.
- Koop of bestel je hondenvoer in grootverpakkingen. Dat scheelt een hoop verpakkingsmateriaal en reiskilometers.
- Is jouw hond ook gek op (het slopen van) speelgoed? Zelf maken van speelgoed is net zo leuk, en duurzamer dan steeds nieuwe spullen te kopen. Ben je niet zo crea-bea, dan is er ook volop eco-speelgoed te koop, bijvoorbeeld van gerecyclede materialen.