

Gek word ik van de kledingaanbiedingen die op mijn scherm voorbijkomen. Of ik nu online onderzoek doe, of gedachteloos door mijn telefoon scrol: ik word er non-stop aan herinnerd dat ik die leuke jas écht nodig heb. En het erge is: ik trap er nog in ook. Een paar keer klikken en de jas is naar me onderweg.
Ik kan slecht tegen oneerlijkheid. Zéker als het gaat om mensenrechten. Daarom zet ik me in om het leven van mensen wereldwijd te verbeteren, en voel ik me verbonden voel met de makers van onze kleding. Zij verdienen een schijntje aan de kleding die ze in elkaar zetten. Zo weinig dat er niet genoeg geld is voor essentiële zaken als voldoende eten, medicijnen of schoolgeld.
Ons economisch systeem draait om consumeren, consumeren, consumeren. En dan zo goedkoop mogelijk. De schade die hierdoor ontstaat, aan mens én milieu, zijn ver-van-ons-bed, in landen aan de andere kant van de wereld. Hiér dragen wij elke week een nieuwe outfit, maar dáár gaat de aarde kapot en worden mensen uitgebuit.
“Ik zou het liefst alleen maar duurzame, eerlijke kleding wíllen aanschaffen. Maar die kledingwinkel op de hoek inrennen is zo gepiept.”
Mensenrechtenexpert ASN Bank
Als consument word je min of meer gedwongen om in dit systeem mee te gaan. En uitgelokt, dus. Dat is althans hoe ik het ervaar. Ik zou het liefst alleen maar duurzame, eerlijke kleding wíllen aanschaffen. Maar ja, drukke baan, druk gezin, en die kledingwinkel op de hoek inrennen is zo gepiept. En dan ben ik ook nog eens vrij lang. Vaak ben ik al blij als ik iets vind dat past en leuk staat. En dat frustreert me. Ik wéét hoe slecht kledingmakers worden behandeld, en tóch lukt het me niet om uitsluitend eerlijke kleding te kopen.
Het kost me simpelweg teveel moeite om me tegen het systeem te verzetten. Om eerlijke kleding te vinden moet je onderzoek doen. En alles wat makkelijk online of in de buurt te koop is, is niet duurzaam. Ik vind het bewonderingswaardig als iemand wél heel bewuste kledingkeuzes maakt en duurzaam koopt. Want daar zit veel tijd in. Dat is toch de omgekeerde wereld?
Ik wil er in de (web)winkel vanuit kunnen gaan dat wat ik koop goed is. Ik wil me geen zorgen hoeven maken om waar een broek vandaan komt, hoe deze is gemaakt, en of de maker er voldoende loon voor heeft ontvangen. Het klopt niet dat die verantwoordelijkheid nu bij mij als consument ligt. Duurzame, eerlijke kleding móet de norm worden. Het nieuwe normaal.
“Ik wil me geen zorgen hoeven maken om waar een broek vandaan komt, hoe deze is gemaakt, en of de maker voldoende loon heeft ontvangen.”
Mensenrechtenexpert ASN Bank
Helaas gaat dat niet zo makkelijk. Al sinds het begin van mijn carrière ben ik bezig om bedrijven verantwoordelijkheid te laten nemen voor hun productieketen. Maar ik heb niet genoeg middelen om ze tot beter gedrag te bewegen. En ook als één of twee merken ervoor kiezen om hun makers fatsoenlijk te betalen, zet dat nog geen zoden aan de dijk. De héle modewereld moet om, anders ontstaat er oneerlijke concurrentie.
Wie hier wél iets aan kan doen, is de overheid. Met wetgeving kunnen zij eisen stellen aan de hele sector. Net zoals voedselproducenten alleen veilig voedsel mogen verkopen, kan de overheid van modebedrijven eisen dat ze alleen nog maar kleding verkopen waar de kledingmakers een leefbaar loon voor hebben gekregen. En daar ben ik dus nu mee bezig, want alleen zo veranderen we iets aan deze oneerlijke situatie.
En die online aangeschafte jas? Die blijf ik dragen. Het is mijn talisman voor die nieuwe kledingnorm: hij herinnert me er iedere draagbeurt aan om me in te blijven zetten voor een eerlijke kledingindustrie.