Onlangs vertelde een goede vriend dat hij niet meer in de stad wil wonen. Hij is moe van de luchtvervuiling, de constante geluiden en de vele auto’s. Hij ziet de stad niet langer als een veilige en gezonde plek om zijn pasgeboren kind op te voeden. Bovendien droomde hij altijd al van een groene, duurzame levensstijl. In zijn ogen gaat dit niet meer samen met wonen in een stad.
Ik heb moeite met zijn besluit om te vertrekken. Aan de ene kant omdat ik hem als vriend ga missen. Aan de andere kant omdat zijn redenatie fundamenteel verkeerd is. Het wonen buiten de stad lijkt een groenere keuze: hij heeft meer groen en minder mensen en auto’s om zich heen. Bekijk je de keuze tussen stad en platteland vanuit een breder perspectief, dan biedt de stad juist een veel duurzamere manier van leven.
Hoe doe je dat, duurzamer leven? In de basis door minder grondstoffen te gebruiken en voor vervoer en thuis over te stappen naar duurzame energie. In een stad kan dit op grote schaal worden gerealiseerd, in een dorp niet.
Allereerst hebben steden de neiging om efficiënter te zijn in het gebruik van natuurlijke hulpbronnen. Dit heeft te maken met de grote bevolkingsdichtheid. Daarom zie je in steden energie-efficiënte gebouwen, stadsverwarming maar ook groene daken. Op het platteland staan de huizen en gebouwen verder uit elkaar en moet er veel meer infrastructuur worden aangelegd om alle huizen en bewoners te bereiken.
Verder biedt de stad vaak meer mogelijkheden om met het OV te reizen. Wat resulteert in minder auto’s en minder luchtvervuiling. Je zou dan kunnen denken: "Vergroot het OV buiten de stad!". Maar dat is bijna onmogelijk. Qua brandstof en afschrijving kost het evenveel om een bus op het platteland te laten rijden. Maar in de stad wordt hij door veel meer mensen gebruikt. De grote bevolkingsdichtheid en de compacte indeling van de stad maken goed OV er financieel haalbaar.
Tot slot: in de stad heb je de auto minder vaak nodig. Steden hebben supermarkten, winkels, scholen en andere voorzieningen, vaak op loop- of fietsafstand. Bewoners op het platteland hebben voor dit soort bezoekjes toch vaak de auto nodig.
“In een stad kan duurzaam leven op grote schaal worden gerealiseerd, in een dorp niet. ”
Planoloog & oprichter Humankind
Natuurlijk is het waar dat wonen in een grote, drukke stad ook een uitdaging kan zijn. Als je werk en levensstijl het toelaten, kan vluchten voor luchtvervuiling, geluid en verkeer dan een goed alternatief lijken. Aan de andere kant laat je dan een kans liggen om een stad te veranderen, om samen met bewoners aan innovatieve en creatieve duurzame oplossingen te werken.
Hoe kun je helpen om een stad duurzamer te maken? Gewoon, door erin te (blijven) wonen. Alle dingen die steden zo duurzaam maken zijn het gevolg van dichtheid: veel mensen die op een kleinere oppervlakte wonen. Door in de stad te blijven, houd je deze dichtheid in stand en draag je bij aan een duurzaam energieverbruik.
Dus, woon je in de stad en voel je je soms overweldigd? Ik ken het gevoel als inwoner van Rotterdam. Maar denk nog even goed na voordat je die woonboerderij in het noorden of oosten van Nederland gaat bekijken. De stad heeft je nodig. Of je nu een ambtenaar, een docent, een boekhouder of een verpleegkundige bent. In een dichtbevolkte plaats zijn er meer kansen om te leren, te groeien en te innoveren. De grootste duurzame impact maak je in de stad. Voor jezelf en de generatie na jou.