

De verkiezingen komen eraan. Verkiezingen waarin generaties tegenover elkaar lijken te staan. De generatie die ruim woont, versus de generatie die geen woning kan krijgen. De generatie die zich geen zorgen maakt over klimaat versus de generatie die gaat betalen voor klimaatontwrichting. De generatie die decennialang lage kosten voor energie en voedsel kende, versus de generatie die deze kosten ziet oplopen.
Jongere generaties krijgen van de oudere generatie vaak het verwijt dat ze zeuren met hun ‘pechgeneratie- verhalen’. Jongeren zouden onverschillig en verwend zijn en het veel beter hebben dan toen de ouderen zo jong waren. Omgekeerd verwijten jongeren het de oudere generaties dat zij zeuren terwijl zij profiteren van alle economische voorspoed uit het verleden. Ouderen hebben alles mooi voor elkaar met hun pensioen en woning, jongeren kunnen daar alleen maar van dromen.
“Deze verkiezingen lijken generaties tegenover elkaar te staan. De generatie die zich geen zorgen maakt over klimaat versus de generatie die gaat betalen voor klimaatontwrichting.”
Duurzaamheidsexpert ASN Bank
Dit beeld van tegenstelling blijkt toch niet helemaal te kloppen. Er zijn verschillen tussen de generaties, maar in het zoeken naar oplossingen zijn de verschillen tussen oudere en jongere generaties helemaal niet groot. De groep jongeren die werk wil maken van duurzaamheid is bijna net zo groot als de groep ouderen die dat wil.
Ik zie jongeren samen met ouderen oplossingen daadwerkelijk realiseren. Oplossingen zoals vergroening van het belastingstelsel in plaats van fossiele subsidies, brede welvaart in plaats van maximale consumptie, echte prijzen in plaats van de kosten afwentelen op het milieu en komende generaties. En ik zie samenwerking tussen oudere en jongere generaties om nieuwe oplossingen te bedenken zoals rechten voor de natuur en het nakomen van duurzaamheidsdoelen via de rechtszaal. Ook in de liefde en belangstelling voor de natuur zie ik jongeren en ouderen steeds eensgezinder.
Als het om duurzaamheid gaat zijn ze het eigenlijk opvallend vaak met elkaar eens. Jongeren maken zich zorgen over de toekomst en ouderen willen daar ook verantwoordelijkheid voor dragen. Voor mij is dat mooi samengebracht in de uitspraak dat “een samenleving groots wordt als ouderen bomen planten waarvan ze weten dat ze nooit in de schaduw zullen zitten”. Jongeren zijn verre van passief en al druk met ‘bomen planten’. Ze voegen daad bij woord, al doen ze dat soms op een andere manier dan de generaties voor hen. Maar liefst twee derde van de Europese jongeren laat de klimaatimpact van een bedrijf meewegen in hun keuze voor een baan. Ze willen betekenisvol werk en hebben daarmee grote invloed. De keuze die ik zelf 40 jaar geleden ook maakte en mij veel voldoening in mijn werk heeft gebracht, zie ik bij de huidige jonge werknemers terug.
“Jongeren voegen daad bij woord, al doen ze dat soms op een andere manier dan de generaties voor hen.”
Duurzaamheidsexpert ASN Bank
Ook de verkiezingen zijn voor jongeren een belangrijke manier om invloed te hebben op hun duurzame toekomst. Van de kiezers onder de dertig vindt 54% dat ze met hun stem invloed hebben op een duurzamere wereld. Van de kiezers boven de vijftig is dat 42%. En voor 43% van de kiezers onder de dertig speelt duurzaamheid een grote rol, versus 35% van de kiezers boven de vijftig. Dat spreekt de redenering dat jongeren passief en vooral met hun eigen plezier bezig zijn tegen.
Die betrokkenheid is goed want er valt ook echt wat te kiezen op 22 november. Eensgezindheid onder partijen is er over goedkoop openbaar vervoer, betaalbare woningen en meer duurzame energie. Verschillen zijn er over natuurbehoud, landbouw, statiegeld en kernenergie. Fijn van deze tijd is dat duurzaam stemmen niet om het doorspitten van alle partijprogramma’s vraagt. Met stemhulpen als de Stemwijzer, het Kieskompas en de Duurzame Kieswijzer zien kiezers zo hoe ze een groene stem kunnen uitbrengen. Dat gemak zal álle generaties aanspreken.