Ik ben gek op fietsen. Ik hou van de fiets (als object) en van fietsen (als werkwoord). De mens fietst al ruim 200 jaar. Het begon waarschijnlijk met een malle Duitse loopfiets ergens rond 1800. In de vele decennia erna kwamen er trappers, een ketting, een rem en fietsbanden bij.

De fietsband was overigens weer een uitvinding van de heer Dunlop. Daar kwam ik achter toen ik op de middelbare school, in het Engels, een spreekbeurt gaf over de ‘pneumatic tire’. Die band lag het eerste om een fietswiel, niet om een autowiel. Blijkbaar inspireerde de fiets mensen uit allerlei landen tot nieuwe innovaties.  

Ik hou van de fiets omdat het een geniaal stukje techniek is. Geniaal omdat hij qua onderdelen zo supersimpel in elkaar zit. Kijk maar hoe de grote en kleine tandwielen met de ketting samenwerken, ik heb een zwak voor dit soort mechanische techniek. Computers, auto’s en robotmaaiers, het zal allemaal wel. Voor mij zijn het apparaten zonder ziel. Met diep verstopte technologie  doen ze hun ding.   

“De eenvoud van de fiets is ongeëvenaard. ”

Piet Sprengers

Fietsfanaat

Vergelijk dat eens met de klassieke fiets. Een vervoermiddel dat de mens met een minimum aan materiaal op eigen kracht een flink stuk sneller (en comfortabeler) verplaatst. Ga maar na, met 15 kilo aan materiaal maakt de fiets ons makkelijk 4 keer zo snel. Een auto heeft 100 keer zoveel kilo’s  nodig om 10 keer zo snel te zijn. En dan moet je er ook nog benzine of stroom instoppen.  

De eenvoud van de fiets is ongeëvenaard. Het bezit bovendien een groot geheim. Een natuurkundig mysterie waarvan ik weet dat het bestaat maar waarvan ik de werking niet begrijp. Dat is het gyroscopisch effect van de draaiende wielen. Ik ga het niet uitleggen want dat kan ik dus niet. Maar het werkt, zoveel is zeker. De fiets weet die natuurkundige kracht te beheersen en om te zetten in het voordeel van de fietser.   

Op de fiets zijn we kunstig, zonder dat we ons daarvan bewust zijn. We hebben geleerd om te balanceren op een fiets die eigenlijk continue op het punt staat om te vallen. We leren een bocht naar links te maken door onbewust eerst een stukje naar rechts te sturen. De gyroscoop in de fiets ondersteunt ons in die balanceeract precies genoeg zodat je nauwelijks het gevoel hebt dat je voortdurend balanceert.  

“De fiets leert ons om te gaan met onze angsten. ”

Piet Sprengers

Fietsfanaat

Eenmaal op gang voltrekt zich het volgende wonder. De fiets leert ons om te gaan met onze angsten. De angst om te vallen bijvoorbeeld. Als we fietsen zijn we voortdurend bezig om niet te vallen. Totdat we zoveel zelfvertrouwen hebben dat we die angst niet meer voelen. Toch kent iedere fietser wel een moment dat die angst weer even de kop op steekt. Als het tijdens een fietstocht bijna of helemaal misgaat. Daarna moeten we weer van voren af aan beginnen om die angst opnieuw te overwinnen. 

Fietsen brengt voor mij nog een andere magie. Als ik een flinke tocht maak vallen mijn gedachten automatisch stil. Voor mij geen muziekoortjes in bij het fietsen. Geen geklaag over het weer. Geen gezeur over de wind. Die doen gewoon hun ding, net als ik op mijn fiets. Als fietser ben je nooit alleen.