Aan een druk bevolkte keukentafel drong het laatst tot me door dat bepaalde waarden en vraagstukken generaties overstijgen en altijd weer terugkomen. Of het nu gaat om het tegengaan van voedselverspilling of om de ingewikkelde vraag of je in deze tijd van klimaatopwarming nog wel een kind op de wereld kan zetten.

Onlangs was ik bij mijn schoonfamilie op bezoek, en daar ontstond een gesprek over onze dierbare opa’s en oma’s. ‘Ik heb altijd bewondering gehad voor mijn nonna (Italiaans voor oma),’ zei mijn half-Italiaanse schoonvader aan de keukentafel. ‘Zij groeide op in een tijd van schaarste en gooide nooit voedsel weg. Ze wist altijd wel raad met restjes eten, en als het echt niet meer ging, deelde ze het met de buren.’ ‘Wat grappig! Dat doet Jessica ook,’ reageerde mijn vriend enthousiast. ‘Zij is echt de restjeskoningin.’ 

Ik draag deze titel met trots omdat ik altijd bewust met voedsel ben omgegaan. Vanaf het moment dat ik op mezelf ben gaan wonen, gooi ik zo min mogelijk eten weg.  Aanvankelijk om financiële redenen en tegenwoordig vanuit een duurzame gedachte. 

Wist je dat we in Nederland jaarlijks 2 duizend miljoen kilo (dat zijn 9 nullen!) eten en drinken weggooien? Ik vind het enorm pijnlijk dat we brood, groente, fruit en zuivel weggooien terwijl er elders op de wereld mensen sterven van de honger. 

Zo word je restjeskoning(in)

Het is helemaal niet zo moeilijk om een restjeskoningin (of koning) te zijn. Een restje tomatensaus over? De volgende dag kan het mee in de groentesoep. Iets teveel pasta gekookt? De volgende dag verwerk je het in een lekkere salade voor lunch. Behalve dat je het milieu een handje helpt, dwingt het je ook om creatiever te koken. Het voelt soms echt als een sport om de koelkast helemaal leeg te krijgen voor het einde van de week. Mijn vriend lacht me regelmatig uit als ik in de buurt van de koelkast sta te bedenken wat ik met die ene wortel kan doen.

“Toen ik jong was vertelde mijn overgrootoma me regelmatig verhalen over avondklokken en voedselbonnen.”

Jessica den Outer

Restjeskoningin

Het gesprek met mijn schoonvader deed me denken aan de verhalen van mijn (Nederlandse) overgrootoma. Tijdens de Tweede Wereldoorlog moest zij vier hongerige monden voeden. Toen ik jong was vertelde ze mij regelmatig verhalen over avondklokken en voedselbonnen die ze voor een brood kon omruilen. In haar tijd was zij 100% een restjeskoningin.  

De ervaringen van onze voorouders hebben soms meer raakvlakken met onze levens dan je zou denken. Een onderwerp als voedselverspilling komt door de decennia heen regelmatig terug. Net als de ethische vraag of je in tijden van crisis een kind op de wereld kan zetten. Wat mij betreft is die laatste vraag in een rap veranderende wereld door klimaatverandering ook weer actueel. Ik praat er vaak over met mijn vriend.   

Waardevolle eigenschap 

Wat ik fascinerend vind is dat bepaalde vraagstukken ons zo’n 80 jaar later, in een sterk veranderde wereld, nog steeds bezighouden. Onze voorouders hadden geen toegang tot de kennis die wij vandaag hebben en toch blijft het principe van zuinig omspringen met voeding en grondstoffen nog steeds relevant. Het vermogen van mijn overgrootoma om met beperkte middelen te leven is tegenwoordig een waardevolle eigenschap. Zeker in een wereld waarin hulpbronnen steeds schaarser worden.

De keuzes die wij vandaag maken hebben impact op toekomstige generaties. Terwijl er een oorlog dreigde kozen twee overgrootoma’s er toch voor om kinderen te krijgen. Daarmee gaven ze het leven aan mijn grootouders, die op hun beurt weer mijn ouders kregen. Die keuze heeft mijn bestaan mogelijk gemaakt. 

Het laat zien dat we niet geïsoleerd leven als individu, maar dat we leven in een aan elkaar geregen ketting van mensenlevens. Heb jij al een idee welke waarden en principes je graag doorgeeft aan toekomstige generaties? Bij is mij dat zonder twijfel mijn liefde voor restjes; ik hoop dat er na mijn bestaan nog héél veel restjeskoninginnen (en koningen) actief zullen zijn.